De afgelopen weken heeft de overheid maatregelen getroffen tegen de verspreiding van het coronavirus in Nederland. Kort samengevat verbiedt de overheid samenkomsten van meer dan 100 personen en het geopend houden van inrichtingen. Hieronder vallen horeca (met uitzondering van hotels), sportaccommodaties (zoals sport- en fitnessclubs, zwembaden, sporthallen, sportvelden en sauna’s) en coffeeshops. Dit geldt vooralsnog tot 7 april 2020. Hoe zit dit juridisch en wat gebeurt bij niet-naleving van deze maatregelen?
De voorzitters van de Veiligheidsregio’s hebben juridisch bindende verboden afgekondigd. Dit hebben zij gedaan door noodverordeningen vast te stellen. De minister voor Medische Zorg en Sport en de minister van Justitie en Veiligheid hebben de voorzitters daarvoor de opdracht gegeven. De verboden zien op samenkomsten en de sluiting van inrichtingen, zoals hierboven aangegeven.
Deze verboden zijn niet vrijblijvend. Het uitgangspunt is dat zowel bestuursrechtelijk als strafrechtelijk kan worden opgetreden bij overtreding van de noodverordeningen.
De voorzitters van de Veiligheidsregio’s kunnen (laten) handhaven door middel van het opleggen van een last onder bestuursdwang of een dwangsom. Daarnaast is de politie en in sommige gevallen de Koninklijke Marechaussee belast met de (strafrechtelijke) handhaving van de openbare orde.
Neemt u gerust contact met ons op, indien u advies wilt over het voorkomen van een overtreding van de noodverordening of indien u wordt geconfronteerd met handhaving.